Omschrijving:
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat geeft, ingevolge artikel 3:12 van de Algemene wet bestuursrecht, kennis van het voornemen om een projectplan op grond van artikel 5.4 van de Waterwet vast te stellen. In het projectplan van 27 maart 2018, met kenmerk RWS-2018/10200, met bijbehorende addendum 27 maart 2018, met kenmerk RWS-2018/10204, worden de keuzes van Rijkswaterstaat en Waterschap Noorderzijlvest gemotiveerd en de diverse belangen afgewogen voor het plaatsen van nieuwe damwanden langs de noordzijde van het Eemskanaal. Het betreft een traject van ruim dertien kilometer tussen Woltersum en Delfzijl in de provincie Groningen. Met het plaatsen van nieuwe damwanden wordt de kans op overstromingen of wateroverlast voorkomen of zoveel mogelijk beperkt. Ook vergroot het de veiligheid en de doorstroming van de scheepvaart over het druk bevaren kanaal. Het projectplan op grond van artikel 5.4, lid 1 van de Waterwet is genoemd in de bijlage bij art. 1.1 van de Crisis- en herstelwet, zodat de bepalingen in hoofdstuk 1, afdeling 2 van de Crisis- en herstelwet hierop van toepassing zijn. Het vastgestelde projectplan Waterwet met bijbehorende addendum, alsmede de ter zake zijnde stukken liggen van 20 april 2018 t/m 1 juni 2018 tijdens kantooruren ter inzage op de volgende adressen: • Rijkswaterstaat Noord-Nederland, Zuidersingel 3, 8911 AV te Leeuwarden; • Het districtskantoor van Rijkswaterstaat Noord-Nederland Oost, Balkendwarsweg 4, 9405 PT te Assen; • Waterschap Noorderzijlvest, Stedumermaar 1, 9735 AC te Groningen; De tekst van het vastgestelde projectplan Waterwet met het bijbehorende addendum wordt u op verzoek digitaal of per post toegezonden. Voor nadere informatie over het besluit kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met dhr. R. Veldman, telefoonnummer 088 – 797 44 00. Voor meer informatie over dit besluit kunt u terecht bij de in dit besluit genoemde contactpersoon. De contactgegevens staan in de begeleidende brief bij dit besluit. De contactpersoon kan uw vragen beantwoorden en het besluit met u doornemen. Dan kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht beroep indienen bij de bestuursrechter. Met deze procedure legt u de zaak aan de rechter voor om te bepalen of Rijkswaterstaat het juiste besluit heeft genomen. U moet hiervoor wel belanghebbende bij het besluit zijn. De volgende vragen en aandachtspunten kunnen u helpen bij het opstellen van een beroepschrift: – Wat zijn de redenen dat u het met het besluit niet eens bent? – Welk doel wilt u met uw beroep bereiken? – Is het u voldoende duidelijk wat een beroepsprocedure inhoudt en weet u of u met deze procedure uw doel kunt bereiken? Kunt u uw doel op een andere, wellicht eenvoudigere wijze bereiken? Om in beroep te gaan bij de bestuursrechter moet u binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt, een beroepschrift indienen. U kunt uw beroepschrift sturen naar de rechtbank in het gebied waar u woont. Indien u niet zelf, maar namens een bedrijf of organisatie een beroepschrift indient dan kunt u het beroepschrift sturen naar de rechtbank in het gebied waar het bedrijf of de organisatie is ingeschreven. In het beroepschrift moet in ieder geval het volgende staan: – uw naam en adres; – een duidelijke omschrijving van het besluit waartegen u beroep instelt (bijvoorbeeld door de datum en het kenmerk van het besluit te vermelden) en zo mogelijk een kopie van het besluit; – de reden waarom u beroep instelt; – de datum en uw handtekening. Voor de behandeling van een beroepschrift wordt een bedrag aan griffierecht in rekening gebracht. Op dit besluit is afdeling 2 van hoofdstuk 1 van de Crisis- en herstelwet van toepassing. Dat betekent voor uw beroepschrift dat: a. de beroepsgronden in het beroepschrift worden opgenomen; b. het beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard, indien binnen de beroepstermijn geen gronden zijn ingediend, en c. deze na afloop van de beroepstermijn niet meer kunnen worden aangevuld. Het indienen van een beroepschrift heeft geen schorsende werking. Dat betekent dat het besluit blijft gelden in de tijd dat uw beroep in behandeling is. Als u dit niet wilt, bijvoorbeeld omdat het besluit onherstelbare gevolgen heeft voor u, dan kunt u een verzoek om voorlopige voorziening indienen. U doet dit door de Voorzieningenrechter van de rechtbank in het gebied waar u woont te vragen een voorlopige voorziening te treffen. Indien u niet zelf, maar namens een bedrijf of organisatie een voorlopige voorziening aanvraagt kunt u een voorlopige voorziening aanvragen bij de rechtbank in het gebied waar het bedrijf of de organisatie is ingeschreven. De rechtbank zal daarvoor griffierecht in rekening brengen. U kunt ook digitaal beroep instellen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.
Deel dit artikel met buren en kennissen!
Redactie Nieuwsuitdelfzijl.nl
Wij houden je op de hoogte van alle bekendmakingen vanuit de gemeente.
Laatste blogs